AutoCAD instellingen migreren, The Smart Way!

Problemen met installatie of licenties van onze producten? In dit forum behandelen we de meest gestelde vragen, maar kunt u ook zelf vragen stellen.

Moderators: Bram, Roy_M

Gebruikersavatar
Anton
Berichten: 73

AutoCAD instellingen migreren, The Smart Way!

Berichtdoor Anton » wo 19 jun 2019, 15:55

De nieuwe releases van AutoCAD, en alle bijbehorende 'Verticals', zijn weer uit. Als u AutoCAD na installatie voor de eerste keer opstart zult u waarschijnlijk gebruik maken van de 'Migrate' functionaliteit om de instellingen van de vorige versie over te nemen. Maar is dit altijd een verstandige keuze? Dit artikel geeft wat hulp aan CAD Managers of Key Users om het configureren van meerdere systemen te vereenvoudigen.

Bij het starten van een nieuwe installatie van AutoCAD wordt sinds enkele jaren onderstaand scherm getoond:

Afbeelding

Hiermee kunnen eenvoudig alle instellingen van een vorige AutoCAD versie worden overgenomen. Voor veel gebruikers is dit voldoende en zullen met deze functionaliteit geen noemenswaardige problemen veroorzaken. Voor kleine en middelgrote bedrijven zal het echter niet altijd wenselijk zijn dat gebruikers zomaar hun oude instellingen overnemen. Een goed CAD Management beleid in een bedrijf zorgt voor de beschikbaarheid van handige tools, een bedrijfstemplate, printerconfiguraties en overige bedrijfsinstellingen, afgestemd op de juiste release van AutoCAD. Als een gebruiker zelf gaat rommelen in de instellingen en deze instellingen telkens migreert naar de volgende versie, dan worden deze jaar na jaar overgenomen zonder dat de CAD Manager hier verder grip op heeft.

Een voorbeeld hiervan is een gebruiker die al jaren een verwijzing heeft naar een oude template met daarin een tekenhoofd met het vorige bedrijfsadres. Omdat hij deze template telkens meeneemt naar de volgende versie, moet hij bij elke gemaakte tekening het adres wijzigen of kopiëren van een andere tekening. Terwijl het zoveel makkelijker kan door te verwijzen naar een template op het netwerk zodat de CAD Manager bij een nieuwe versie nog eens kan controleren of alle instellingen wel goed staan.
User Profiles In het verleden werden User Profiles soms geëxporteerd vanuit een goed geconfigureerd systeem en geïmporteerd in de systemen die nog ingesteld moesten worden. Dit levert regelmatig problemen op. Een enkele keer wordt de gebruikersnaam niet goed toegepast, of overgenomen van de Administrator die op dat moment is ingelogd in plaats van de gewenste gebruikersnaam. Ook bevat een User Profile veel overhead zoals locatie en grootte van dialoogvensters en dergelijke. Dit kan vertragingen veroorzaken bij nieuwe systemen en bij nieuwe versies waar deze dialoogvensters niet of anders beschikbaar zijn. Een beruchte vertragende factor is een verwijzing naar een netwerklocatie die intussen niet meer beschikbaar is.
Het importeren van User Profiles wordt daarom niet aangeraden.
AutoLISP AutoCAD ondersteunt al erg lang de scripttaal AutoLISP en Visual Lisp. Hiermee is AutoCAD prima te configureren. In het volgende voorbeeld gaan we uit van de volgende mappenstructuur:

Afbeelding

In de hoofdmap kan een bestand met de naam 'acaddoc.lsp' worden geplaatst. Een bestand met exact deze naam zal AutoCAD automatisch laden als het in de Support File Search Path wordt gevonden. De inhoud van dit bestand kan bestaan uit functionaliteit die:
  • De verwijzing naar handige tools regelt,
  • Default instellingen regelt,
  • Het bedrijfsmenu inlaadt als het niet is geladen,
  • Enz.
Het instellen van default instellingen is een hele krachtige. Bijvoorbeeld de instelling FILEDIA die als het is ingesteld op de waarde 0, geen dialoogvenster toont bij het opslaan van de tekening maar alles via de Command Line wil regelen. Soms wordt door een Lisp routine deze variabele uitgezet en weten gebruikers niet hoe dit hersteld moet worden. Door in de 'acaddoc.lsp' op te nemen dat deze instelling op de waarde 1 moet, hoeft een gebruiker alleen zijn AutoCAD even opnieuw te starten en voilà, de instelling staat weer goed.

In een netwerklocatie voor de persoonlijke instellingen kan bijvoorbeeld de PGP-shortcuts of een eigen CUI worden bewaard. Alle wijzigingen die een gebruiker hier maakt, gelden alleen voor hem. Zo kan de gebruiker bijvoorbeeld zelf instellen welke waarden hij wil zien in een pop-up (bijvoorbeeld lengte en oppervlak van polylijnen). Zo'n locatie kan ook eenvoudig worden toegevoegd maar wordt hier verder niet beschreven.

De CAD Manager kan eenvoudig printerconfiguraties toevoegen aan de netwerklocatie zodat alle gebruikers daarna gebruik kunnen maken van deze instellingen. Ook het bedrijfsmenu kan worden aangepast door de CAD Manager, waarna alle gebruikers direct toegang hebben tot deze wijzigingen.
Het is aan te bevelen om de gebruikers alleen leesbevoegdheid te geven op de netwerklocaties, afgezien van hun persoonlijke map. Hiermee kunnen ze niet per ongeluk wijzigingen aanbrengen in de bestanden.
Eerste configuratie Zodra een nieuwe AutoCAD versie wordt geïnstalleerd, hoeft de CAD Manager alleen maar te zorgen dat bovengenoemde paden worden ingesteld in de instellingen van AutoCAD. Dit kan handmatig in het dialoogvenster dat wordt getoond bij het commando OPTIONS, maar niet verrassend, uiteraard ook met een Lisp-routine. Met de Visual Lisp functionaliteit kan eenvoudig alle instellingen worden gedaan naar bovengenoemde paden. Maak hiervoor een tekstbestand aan met de naam 'EersteKeer.lsp' met de volgende inhoud:
(vl-load-com)
(setq *files* (vla-get-files (vla-get-preferences (vlax-get-acad-object))))

; Instellen Support Paths.
(setq supportPaths (vla-get-SupportPath *files*))
(if (not (vl-string-search "H:\\AutoCAD Instellingen\\" supportPaths))
(vla-put-SupportPath *files* (strcat "H:\\AutoCAD Instellingen\\" ";" supportPaths))
)

; Instellen template file en paden.
(vla-put-TemplateDwgPath *files* "H:\\AutoCAD Instellingen\\Template\\")
(vla-put-QNewTemplateFile *files* "H:\\AutoCAD Instellingen\\Template\\OnsBedrijf.dwt")

; Instellen printers.
(vla-put-PrinterConfigPath *files* "H:\\AutoCAD Instellingen\\Plotters\\")
(vla-put-PrinterStyleSheetPath *files* "H:\\AutoCAD Instellingen\\Plotters\\Plot Styles\\")

(vlax-release-object *files*)
(alert "Start AutoCAD opnieuw op om de wijzigingen door te voeren.")
(princ)
Hierbij moet worden opgemerkt dat paden in een Lisp-bestand moeten worden voorzien van een dubbele backslash omdat dit teken ook wordt gebruikt voor stuurcodes.
In het kort stelt deze code in dat er een verwijzing komt naar de map met de bedrijfsinstellingen als deze nog niet voorkomt in de lijst met paden. Tevens wordt een templatelocatie ingesteld en een default template om mee te starten. Ook de printerinstellingen worden hier gedaan en tenslotte een mededeling dat AutoCAD opnieuw gestart moet worden.
acaddoc.lsp Nu de paden zijn ingesteld en AutoCAD opnieuw is gestart, neemt het eerdergenoemde bestand 'acaddoc.lsp' het verder over. Zodra AutoCAD opnieuw wordt gestart, zal het in de hoofdmap met bedrijfsinstellingen dit bestand vinden en automatisch laden. Dit bestand kan door de CAD Manager gevuld zijn met functies en instellingen die bedrijfsbreed handig zijn.

Een hele sterke mogelijkheid is om een bedrijfsmenu te laden. Hiervoor dient een CUIX bestand gemaakt te zijn die te vinden is in de sub-map 'Menu'. We gaan in dit voorbeeld uit van een Partial Menu met de naam 'OnsBedrijf.cuix' en deze kan een Ribbon Tab vol handige knoppen bevatten. In de 'acaddoc.lsp' kan dan de volgende code opgenomen zijn:
(setq menuLoaded (menugroup "OnsBedrijf"))
(if (= menuLoaded nil)
(command "cuiload" "Menu/OnsBedrijf.cuix")
)
Bij problemen hoeft het bedrijfsmenu alleen maar ontladen te worden en na een herstart van AutoCAD wordt het weer opnieuw geladen. Probleem opgelost.
Instellingen die altijd een bepaalde waarde moeten hebben, kunnen ook afgedwongen worden. Bijvoorbeeld:
(setvar "annoallvisible" 1)
(setvar "annoautoscale" 4)
(setvar "filedia" 1)
(setvar "inputsearchdelay" 2000)
Zomaar vier variabelen die het leven van een CAD tekenaar een stuk eenvoudiger maken. En bij elke herstart van AutoCAD weer hersteld.

Het loont dus zeker om aan CAD Management een beetje aandacht te besteden. Iemand die een andere auto koopt, zal ook eerst de stoel naar zijn hand zetten, het stuur verzetten, de radiozenders instellen, de telefoon koppelen, de buitenspiegels afstellen, enzovoort. Dat moet met een nieuwe versie van AutoCAD nu eenmaal ook.
Toch problemen of niet-werkende functies? Dankzij de hier genoemde mogelijkheden is een AutoCAD zo weer hersteld als er onverhoopt problemen optreden. Zo kan via het Windows Startmenu eenvoudig worden gekozen voor "Reset to Default" waarna de 'EersteKeer.lsp' opnieuw in AutoCAD geladen kan worden. Na een herstart van AutoCAD is het weer klaar voor gebruik.
Interesse en hulp nodig? Een consultant van CAD Accent kan u helpen met het inrichten van uw CAD Management beleid. Uiteraard zijn er ook andere mogelijkheden om uw AutoCAD omgeving in het bedrijf te configureren, bijvoorbeeld via een Deployment. Dit artikel belicht CAD Management vanuit een andere hoek en is met name geschikt voor kleine bedrijven waar Deployments weer teveel van het goede zijn.

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast

Autodesk AEC Collection